File op het elektriciteitsnet brengt energietransitie Noordzeekanaalgebied in gevaar.
De bedrijven in het Noordzeekanaalgebied, die samen verantwoordelijk zijn voor bijna 70% van de CO2-reductie, hebben zoveel last van de netcongestie dat het industriecluster Noordzeekanaalgebied waarschijnlijk niet haar 55% CO2-reductiedoel in 2030 gaat halen.
Dit schrijft Edward Stigter, voorzitter van het Bestuursplatform Energietransitie Noorzeekanaalgebied, in een brandbrief aan de Tweede Kamer. In de brief, die is opgesteld door de samenwerkende partijen rond het Noordzeekanaal, krijgen Kamerleden verschillende oplossingen aangeboden om toch op tijd de gewenste reductie te bereiken.
Netcongestie kan het beste uitgelegd worden als ‘file op het elektriciteitsnet’. De brief vraagt de Kamerleden op korte termijn om meer ruimte voor oplossingen. Bijvoorbeeld door experimenteerruimte in wet- en regelgeving en nieuwe contractvormen tussen netbeheerder en klanten. Ook wordt financiële ondersteuning gevraagd voor grote batterijen waar elektriciteit in perioden van overschot in kan worden opgeslagen. Ten slotte moeten bedrijven die de door hen aangevraagde stroomverbindingen niet gebruiken, makkelijk verplicht worden gesteld deze capaciteit weer in te leveren. Een laatste oplossing die in de brief wordt uitgewerkt is om niet alle aanvragen voor stroomaansluitingen op volgorde van binnenkomst af te handelen zoals nu gebeurt. Er zou voorrang gegeven kunnen worden aan slimme, collectieve oplossingen die geen extra capaciteit van het elektriciteitsnet vragen. In de cijfers van de brief zijn de aanpassingen van Tata Steel niet meegenomen. Tata Steel verbruikt dermate veel elektriciteit dat zij een eigen hoogspanningsstation hebben dat los staat van de rest van het Noorzeekanaalgebied.
Voor het slagen van de energietransitie in het Noordzeekanaalgebied is elektriciteit van cruciaal belang. Duurzaam geproduceerde waterstof gaat een belangrijke rol spelen in het vervangen van fossiele brandstoffen. Het Noordzeekanaalgebied heeft alles in huis om deze waterstofeconomie in gang te zeten. De havengebieden in het Noordzeekanaal zijn gestart met de ontwikkeling richting belangrijke internationale knooppunten voor import, verwerking, opslag, doorvoer en export van waterstof en daarvan afgeleide duurzame brandstoffen als synthetische kerosine. De ligging aan de Noordzee maakt dat in het gebied de elektriciteit van windvelden op zee makkelijk aan land kan komen en omgezet kan worden in waterstof. Woensdag 13 april debatteert de Tweede Kamer over waterstof.
Versnelde aanleg uitbreiding elektriciteitsnet
Naast bovenstaande oplossingen voor de korte termijn wordt het Rijk gevraagd zich als aandeelhouder in TenneT in te zetten voor versnelling van de geplande netuitbreidingen. De industrie in het Noordzeekanaalgebied heeft de projecten eerder nodig dan nu is opgenomen in het investeringsplan van TenneT. Tot slot willen de samenwerkende partijen in het Noordzeekanaalgebied dat de provincie en gemeenten meer ruimte krijgen bij het maken voor een maatschappelijke belangenafweging in het geval prioritering van de netuitbreidingen.
Netcongestie brengt niet alleen de energietransitie in gevaar, maar heeft ook een economische impact. Port of Amsterdam heeft becijferd dat netcongestie zorgt voor een afname aan investeringen in de Amsterdamse haven tussen de 1 en 1,5 miljard euro tot en met 2027. Hiermee zijn 3 a 4 duizend arbeidsplaatsen gemoeid.
Lees de volledige brief