Werken aan een windpark: energie voor iedereen
De regio Amsterdam/IJmuiden en Port of Amsterdam zetten vol in op (offshore) windenergie. Om de bouw van windparken te faciliteren, produceren en verschepen we via het Noordzeekanaalgebied allerlei onderdelen.
In een reeks van vier interviews vertellen we alles over de positie die we innemen bij de bouw van wind op water. Als eerste aan het woord: Joris Hol, projectleider bij Windpark Fryslân.
Zo’n 500.000 huishoudens gaat hij voorzien van energie: Windpark Fryslân. Terwijl energie-expert Ventolines en Bouwconsortium Zuiderzeewind druk zijn met de aanleg, worden de logistieke processen ondersteund vanuit de Amsterdamse haven. Bladen, torens, hubs: via de hoofdstedelijke haven gaan alle turbine-onderdelen naar de bouwlocatie bij Breezanddijk in het IJsselmeer. En natuurlijk ook andere componenten zoals Davit-kranen en elektriciteitskabels. Al met al een belangrijke rol voor de regio Amsterdam.
Grootste windpark ter wereld in een binnenwater
Dat bij de aanleg van een windpark veel komt kijken, weet Joris Hol als geen ander. De projectleider bij Ventolines was er al vaker bij betrokken. En nu gooit hij er nog een schepje bovenop: zorgdragen voor het grootste windpark ter wereld in een binnenwater. Al meer dan drie jaar is hij ermee bezig.
‘Een hele uitdagende tijd’, vertelt hij. ‘Niet alleen het bouwproject is omvangrijk, ook alle extra taken die erbij komen kijken. Bijvoorbeeld de werkzaamheden op het land, zoals het aanleggen van kilometers stroomkabels in de Afsluitdijk. Of de bouw van het transformatorstation langs de A7 bij Breezanddijk.’
Zo veel mogelijk lokaal
Ventolines besloot al vroeg in het traject zoveel mogelijk met lokale leveranciers en partners te willen werken. ‘Dat was ook één van de wensen van de aandeelhouders’, vertelt Joris. ‘Onder andere van de provincie Fryslân. Zij zagen het liefst een maatschappelijk verantwoorde aanpak waarbij de uitgaven zoveel mogelijk terugstromen naar de inwoners van Friesland. Bijvoorbeeld in de vorm van werkgelegenheid.
Om die reden hebben we bijvoorbeeld de interne platforms met bekabeling laten maken door een Fries bedrijf. Dat kostte behoorlijk veel tijd en energie. Bouwconsortium Zuiderzeewind gaf hier een goede invulling aan. Bijvoorbeeld door extra audits af te nemen en veiligheidskeuringen te doen. Tegelijk was het heel waardevol om ook lokale bedrijven een kans te bieden. Niet alleen de geijkte partijen die standaard worden ingeschakeld.’
Bouwen met oog voor de omgeving
Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) is dus belangrijk voor het project. ‘Dat gaat verder dan alleen lokale werkgelegenheid’, zegt Joris. ‘We willen een goede buur zijn voor mens, dier en omgeving. Daarom leggen we bijvoorbeeld een natuureiland aan om de vogelpopulaties op en nabij het IJsselmeer te voorzien van een foerageergebied.
We vonden landschappelijke inpassing ook belangrijk. Daarom geen vierkante betonnen doos als transformatorhuis op de Breezanddijk, maar een prachtig gebouw met een uniek architectonisch ontwerp, voorzien van bewegende en reflecterende gevelplaatjes. Zo gaat het gebouw helemaal op in de stromingen van het water en de wind eromheen.’
Het transformatorstation is straks ook publiek toegankelijk. Bezoekers kunnen er informatie inwinnen over de werking van het station en het windpark.
“Iedereen wordt hier beter van”
Amsterdam, bijna West-Fries…
Terwijl de bouw van het windpark vooral met hulp van Friese bedrijven gebeurt, kwam TMA Logistics, gevestigd in de haven van Amsterdam, logistiek gezien als goede partner uit de bus.
Joris: ‘In de Alaskahaven in Amsterdam is genoeg ruimte en diepgang om de turbine-onderdelen – onder andere uit China, Portugal, Marokko, Vietnam en Denemarken – binnen te halen en over te slaan. En soms al deels te monteren of af te bouwen. De haven van Amsterdam/IJmuiden is daarmee een spil in ons project en dankzij haar toegankelijkheid tot het IJsselmeer een logische keus voor Zuiderzeewind.’
Volgens Joris is het niet alleen de haven zelf die veel mogelijkheden biedt. ‘De mensen ook. Ze zijn soepel en pragmatisch en zien dat offshore-wind de toekomst is. Dat is precies de energie die we nodig hebben om in 2021 de molens van Windpark Fryslân te laten draaien. En om ook in de toekomst de bouw van grote windparken op bijvoorbeeld de Noordzee te faciliteren.’
Klaar in de zomer van 2021
Tot die tijd moet er nog wel veel gebeuren. ‘We schieten al op met de aanleg van de stroomvoorzieningen op het land. En we zijn druk bezig met de bouw van het transformatorstation dat de energie van de windturbines omzet in elektriciteit. Vooralsnog lopen we keurig op schema.’
Vanaf september begint het “natte werk”, zoals Joris dat noemt. Zoals installeren van de funderingspalen in het water. En daarna, begin volgend jaar, begint de bouw van de turbines zelf.
'Rond de zomer van volgend jaar willen we klaar zijn met bouwen. Dan hebben ongeveer 500.000 huishoudens toegang tot Friese groene stroom. Huishoudens die samen ruim 800.000 ton CO2 per jaar besparen.’
Lees meer over het project op de website van Windpark Fryslân